Op 1 januari 2019 is de Netherlands Commercial Court (hierna: ‘NCC’) van start gegaan. Daardoor is het mogelijk om ook in het Engels te procederen bij de Rechtbank Amsterdam en de internationale handelskamer van het Hof Amsterdam. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat de NCC in 2017 zou aanvangen, maar door discussie over onder meer de hogere griffierechten bij NCC-procedures werd deze invoeringsdatum niet gehaald. In dit artikel bespreken wij hoe de NCC-procedures eruitzien en waarom deze zijn ingevoerd.
Waarom de NCC?
In de internationale handel wordt steeds vaker Engels gebruikt en de NCC sluit daarom aan bij de toenemende vraag naar Engelstalige geschilbeslechting. Met de NCC-procedure wordt daarnaast geprobeerd te voorkomen dat partijen in grote internationale handelsgeschillen kiezen voor (internationale) arbitrage of een buitenlandse rechter. De London Commercial Court wordt bijvoorbeeld vaak contractueel gekozen. Dit brengt mee dat de Brexit mogelijkheden biedt voor de NCC om te groeien. De Rechtspraak verwacht op termijn 125 NCC-zaken per jaar te behandelen. Dat kan leiden tot een omzetstijging van de specialistische commerciële advocatuur met vijftien tot dertig miljoen euro per jaar. Het voordeel van NCC-zaken ten opzichte van arbitrage is dat een mogelijkheid tot hoger beroep open staat, maar daar staat weer tegenover dat een uitspraak van de NCC alleen in de landen van de Europese Unie ten uitvoer kan worden gelegd.
Hoe zien NCC-procedures eruit?
De NCC kent twee kamers, een kamer bij de Rechtbank Amsterdam en een kamer bij de internationale handelskamer van het Hof Amsterdam. De NCC-procedure wordt door een van deze twee meervoudige kamers afgedaan met gespecialiseerde rechters. De gerechten hebben elk een eigen procesreglement waarbij wordt gestreefd naar een relatief snelle beslechting van geschillen. Kenmerkend voor deze procedure is dat partijen krachtens vrijwillige contractuele afspraken of ad hoc afspraken voor de gespecialiseerde rechters van de NCC kiezen. De NCC behandelt zaken standaard in het Engels en doet ook uitspraak in het Engels. Een forse discussie tijdens het wetsvoorstel heeft er uiteindelijk toe geleid dat de griffiekosten bij de NCC-procedure een stuk hoger liggen dan in gebruikelijke procedures. Het griffierecht voor de NCC bedraagt per partij respectievelijk 15.000,- euro in eerste aanleg en 20.000,- euro in hoger beroep.
Conclusie
De NCC biedt sinds kort de mogelijkheid om in Nederland in het Engels te procederen. Werk jij met internationale partijen? Dan doe jij er mogelijk verstandig aan om alvast contractueel te kiezen voor de NCC bij de rechtbank Amsterdam of de internationale handelskamer van het Hof Amsterdam. Op deze manier kan een procedure voor een vreemde rechter in het buitenland worden voorkomen.