Het stond al een tijdje op de planning: ‘de tijdelijke wet maatregelen COVID-19’, in de volksmond ook wel Coronawet genoemd. Er kwam direct veel kritiek op de wet nadat minister De Jonge afgelopen zomer een wetsvoorstel indiende. De kritiek ging er voornamelijk over dat democratische controle op de wet ontbrak doordat er te veel macht naar het kabinet zou gaan en daarmee te weinig macht naar de volksvertegenwoordiging. Dit laatste is juist zo belangrijk in onze democratische samenleving, omdat het de stem van het Nederlandse volk vertolkt. Gelukkig is de wet flink herzien en heeft na de Tweede Kamer nu ook de Eerste Kamer ingestemd met de wet. Het is dus een feit: de Coronaregels krijgen een wettelijke basis. En dat is maar goed ook! Waarom dit goed is bespreken we in de komende paragraaf.
Het belang van de wet
De veiligheidsregio’s nemen sinds het begin van de crisis alle maatregelen met betrekking tot de bestrijding van het virus op in noodverordeningen. Deze noodverordeningen zijn bestemd voor korte crisissituaties die voor een beperkte tijd duren. Omdat het onbekend is hoelang het virus ons land in zijn greep zal houden, is het belangrijk dat deze noodverordeningen worden vervangen door een nationale wet: de Coronawet. Een wet heeft een betere democratische grondslag dan noodverordeningen. Maar waarom is dit precies? Aan de hand van de Trias politica kan dit verduidelijkt worden. Laten we daarvoor even een klein uitstapje maken.
Trias politica
De Trias politica wordt vaak niet als een heel spannend onderwerp gezien. Dat neemt niet weg dat het wel een ontzettend belangrijke theorie is om te bespreken. Aan de hand van deze theorie kan namelijk het belang van de tijdelijke Coronawet worden uitgelegd. Daarom halen we het toch even kort (maar krachtig) aan binnen dit artikel.
In Nederland kennen we de Trias politica. Het houdt een scheiding der machten van een staat in, die elkaar controleren. Zo kennen we een wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht. De wetgevende macht bestaat uit de regering en de Staten-Generaal en zij houden zich bezig met het maken van wetten. Daarnaast is er een uitvoerende macht en deze bestaat uit de regering die de regels uit de wetten in praktijk brengen. Bovendien is er een rechterlijke macht die bestaat uit rechters, raadsheren, officieren van justitie en rechters en officieren in opleiding. Zij houden zich bezig met de rechtspraak. Qua democratische grondslag is de wetgevende macht het meest interessant.
In een democratie wordt de wetgevende macht namelijk door middel van vrije verkiezingen door het volk gekozen. Onze wetgevende macht is dus een volksvertegenwoordiging. Dit betekent dat het volk indirect invloed heeft op de wetten die ons land aanneemt en precies dát is wat zo ontzettend belangrijk is in onze democratie. Dit aspect was niet aanwezig bij de noodverordeningen, waardoor onze democratie in zekere zin werd ondermijnd. Het werd daarom ook hoog tijd dat er een wettelijke basis voor de Coronamaatregelen zou komen. Die is er inmiddels. Dit maakt dat de Coronamaatregelen nu democratischer zijn gelegitimeerd dan voorheen. Bovendien geeft de Coronawet een wettelijke basis aan de bevoegdheid van de ministers.
(meer over de Trias politica? Test hier jouw kennis!)
Wat staat er in de Coronawet?
We weten inmiddels waarom een wettelijke basis voor de Coronamaatregelen zo belangrijk is. Maar nu vraag je je wellicht af: wat houdt de Coronawet dan precies in en wat staat er in beschreven? Belangrijk om van te voren op te merken is dat het kabinet geen nieuwe of andere bevoegdheden krijgt, maar dat de belangrijkste gedachte die aan de wet ten grondslag ligt is dat het parlement meer controlemogelijkheden krijgt.
Hieronder vind je de belangrijkste puntjes die uit de Coronawet, zoals hij is aangenomen door de Tweede en Eerste kamer, terug:
Ø Allereerst is de wet geldig voor een periode van drie maanden. De Coronawet vervalt automatisch na 3 maanden, tenzij na het verloop van deze periode de wet met instemming van de beide Kamers wordt verlengd.
Ø De boetes zijn maximaal 95 euro en leiden niet meer tot een strafblad.
Ø De verpleeghuizen gaan niet meer volledig op slot. De bewoners hebben voortaan recht op minstens één naaste.
Ø Burgemeesters en wethouders krijgen inspraak in hun veiligheidsregio’s.
Ø De Tweede Kamer heeft een week de tijd om te reageren op een nieuwe maatregel van het kabinet. Daarnaast moeten allebei de Kamers beter worden ingelicht. Er ligt dus een zwaardere motiveringsplicht aan de kant van het kabinet.
Ø Bij ministeriële regeling kunnen er beperkingen worden opgelegd. Denk daarbij aan het maximeren van groepsvorming, het verbieden van evenementen of maatregelen die zien op het openbaar vervoer, onderwijsinstellingen, horeca etc.
Ø Basisregels zoals een veilige afstand houden en hygiëne regels zijn in de wet opgenomen.
Ø De mondkapjesplicht kan via een ministeriële regeling worden ingesteld. Deze moet nog wel door de Tweede Kamer worden goedgekeurd.
Het is belangrijk om te vermelden dat grondrechten in de nieuwe Coronawet beperkt mogen worden. Dit werd in noodverordeningen ook al gedaan, maar formeel gezien was dat niet toegestaan. Nu ligt er een democratische wet aan ten grondslag en is het wel toegestaan. Maar waarom dan, denk je misschien. Hier wordt in de volgende paragraaf dieper op in gegaan.
Beperking van grondrechten, mag dat wel?
Oké, maar wat zijn grondrechten dan precies?
‘Grondrechten zijn fundamentele normen, die ertoe strekken het individu persoonlijke vrijheden te geven en een menswaardig bestaan, die de handelingsvrijheid van de overheid beperken.’
Dit betekent dat iedere burger in Nederland hier recht op heeft. Door de grondrechten op te nemen in de Grondwet wordt ervoor gezorgd dat de rechten worden gewaarborgd. Het ingrijpen door de overheid op deze rechten wordt hiermee ook beperkt. Sinds het begin van de Coronacrisis is er een discussie gaande over de beperking van grondrechten, want mag dat eigenlijk wel? Gaat dit niet tegen de Grondwet in? Wij zullen het je uitleggen.
Spoedcursus grondrechten met Lady Lawyer
In principe is het mogelijk om grondrechten te beperken, omdat de meeste grondrechten een beperkingsclausule kennen. Dit betekent dat er, onder omstandigheden, beperking van het grondrecht is toegestaan. Neem bijvoorbeeld art. 11 Gw. De woorden ‘behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen’ wijzen op zo’n beperkingsclausule.
De wet die het grondrecht beperkt moet dan wel een wet in formele zin zijn. Dit betekent dat deze moet zijn gemaakt door de regering én Staten-Generaal. Hieraan voldoet de Coronawet. Daarnaast moet de bepaling in de Coronawet die inbreuk maakt op het grondrecht óók voldoende specifiek zijn: er moet duidelijk worden vermeld wie de beperkingsbevoegdheid heeft, waar de beperking betrekking op heeft en hoe ver de beperking mag gaan. Bij sommige beperkingsclausules bestaat nog een procedurevoorschrift, zoals in art. 8 Gw. Hierin staat dan het doel beschreven waarvoor een grondrecht beperkt mag worden. Zo mag art. 8 Gw in het belang van de openbare orde worden beperkt.
Grondrechten beperkt
Houd altijd in gedachte dat niet alle grondrechten beperkt kunnen worden: enkel de grondrechten die een beperkingsclausule bevatten. De grondrechten die wel beperkt mogen worden, mogen dat ook niet zomaar. Er ligt een toets aan ten grondslag. Dit neemt niet weg dat het beperken van grondrechten mogelijk is als daar een wet in formele zin aan ten grondslag ligt en de bepaling voldoende specifiek is omschreven. Al met al betekent dit alles dat er grondrechten kunnen worden beperkt in de Coronawet.
Om de mondkapjesplicht en de discussie die hierover bestond weer even aan te halen: de nieuwe Coronawet maakt het mogelijk dat het grondrecht dat ziet op de persoonlijke levenssfeer beperkt mag worden. Daar ligt nu namelijk een formele wet aan ten grondslag. De minister kan op grond van artikel 58j van de Coronawet hygiënemaatregelen verplicht stellen, waaronder een mondkapjesplicht kan vallen.
Conclusie
De Coronawet heeft lang op zich laten wachten, maar het einde is nu toch echt in zicht. Minister De Jonge heeft aangegeven dat hij uitgaat van 1 december als datum van inwerkingtreding. Of je nu een voorstander bent van de wet of juist niet: de wet is in ieder geval democratischer gelegitimeerd dan de noodverordeningen. En dat is naar onze juridische mening al een hele verbetering op zich!